George Dickel N°12 is een Tennessee whisky, welk zich onderscheidt met andere Amerikaanse whiskeys door het gebruik van een specifieke houtskoolfiltering. George Dickel’s No. 12 is een Tennessee whisky (zonder e) die minstens acht jaar rijpt, maar waar ook oudere whisky in wordt verwerkt. De mash bill bestaat voor 84% uit maïs, aangevuld met 8% rogge en 8% gemoute gerst. De vaten voor de rijping hebben een N°4 char, terwijl de cask heads een lichtere N°2 char krijgen.
George Dickel werd geboren in 1818. Na in de jaren vijftig als handelaar in Nashville, Tennessee te zijn begonnen, kocht hij in 1884 een aanmerkelijk belang in de in 1877 opgerichte Cascade Hollow Distillery. Deze was gesticht door John F. Brown en F.E. Cunningham. Tegelijkertijd kocht Dickel ook de exclusieve rechten op botteling en verkoop van de whisky, deze werd Cascade Tennessee Whisky genoemd. Dickel liet de e weg, omdat hij van mening was dat zijn product van eenzelfde kwaliteit en zachtheid was als Schotse whisky. Na zijn terugtreden in 1888 overleed hij in 1894. Zijn vrouw Augusta nam de leiding over, tot haar dood in 1916. Omdat in Tennessee de drooglegging al in 1910 van start ging verhuisde de distilleerderij naar Kentucky. Na tijdens de federale drooglegging geheel gesloten te zijn, werd het merk in 1937 aan de Schenley Distilling Company verkocht. In de jaren veertig en vijftig brachten zij de, bij de OFC Distillery in Frankfort, Kentucky geproduceerde, Geo. A. Dickel’s Cascade Kentucky Straight Bourbon Whisky op de markt. Na wetswijziging in 1958 herbouwde Schenley de Cascade Hollow distilleerderij en in 1964 werd er voor het eerst George Dickel Tennessee Whisky gebotteld. Na diverse overnames is inmiddels Diageo eigenaar van de distilleerderij en het merk. In de jaren negentig overtrof de productie de vraag, daarop sloot de distilleerderij zijn deuren, om deze in 2003 weer te openen.